Het hebben van Q-koorts kan grote gevolgen hebben voor uw functioneren in het algemeen, maar zeker ook op uw werk. Het kan zijn dat een beroep niet meer voor u geschikt is, bijvoorbeeld als er sprake is van een verminderde afweer en u in een ziekenhuis of dierenlaboratorium werkt. Dit zijn zaken die u met uw huisarts of bedrijfsarts kunt bespreken. In de meeste gevallen kunt u uw werk in principe wel blijven uitvoeren, maar loopt u tijdens uw werk wel tegen problemen aan. Mensen met Q-koorts lopen tegen een verscheidenheid aan problemen op het werk aan. Vermoeidheid en concentratieproblemen zijn veel gehoorde klachten, waardoor er bijvoorbeeld andere werkzaamheden, meer pauzes of werkplekaanpassingen nodig zijn.
Ik ben vaak teruggevallen in mijn energievoorraad en concentratievermogen en heb daardoor moeite om het werk vol te houden. Het werk gaat mij momenteel zwaar af maar geeft me aan de andere kant wel voldoening.
Het is belangrijk om een goed inzicht te hebben in de invloed die uw aandoening heeft op uw functioneren in het algemeen en op uw werk in het bijzonder. U kunt vervolgens bekijken op welke manier het eventueel mogelijk is om uw beperkingen te verminderen.
![]() |
|
![]() |
|
Ga naar:
1.1. Inleiding
1.2. Belasting en belastbaarheid
1.3. Werk-privé balans
1.4. Energievreters en energiegevers
1.5. Energieverdeling
1.6. Stellen van grenzen
1.7. Acceptatie
1.8. Waar loopt u tegenaan op het werk?
1.9. Werkwensen
1.10. Denken in mogelijkheden
1.11. Regelmogelijkheden en aanpassingen op het werk
1.12. Werkaanpassingen op maat
1.13. Openheid op het werk
1.14. Omgaan met onbegrip
1.15. Algemene aandachtspunten bij gesprekken
1.16. Contact met bedrijfsarts
1.17. Regelgeving